Tips & Trucs

Weetjes.

-De eerste drie windingen van een schroefdraad nemen 90% van de belasting voor de rekening. 5 windingen zijn dus genoeg.
-Elke keer wanneer wind met 5 knopen toeneemt verdubbelt de belasting van het tuig en de zeilen.
-Het wieleffect is weliswaar belangrijk bij havenmanoeuvres, maar wat zeker de voorkeur heeft bij draaien tijdens het varen in zijn achteruit, is om dit te doen zodat de achtersteven naar de richting van de wind draait.

Vervangen / Controleren.

Motoranode: elke 150 motoruren of 6 maanden op zout water.
Rompanodes: elke 2 jaar op zout water.
Brandstofvoorfilter: elke 2 jaar.


Aanlijnen met een val.

De dood van Dirk Bodewes bij Las Palmas zorgde voor de nodige gespreksstof over veiligheid in de marina. Een van de meest gehoorde bezwaren tegen aanlijnen met lifelines aan banden die aan weerszijden van het dek lopen was de lengte van de lifeline. Deze zou veroorzaken dat iemand die overboord gaat vervolgens aan de zijkant van de boot boot bungelt en met een beetje pech bewusteloos wordt geslagen of niet meer terug aan boord kan komen. Twee oplossingen voor dit probleem werden geopperd: het plaatsen van een lijn rondom de boot die op gezette afstanden met de voetrail wordt verbonden zodat iemand altijd iets heeft om op te staan, of aanlijnen met een val. Aanlijnen met een ongebruikt val, waarvan de lengte door een mede-opvarende in de kuip mnimaal wordt gehouden is een goede optie. De lijn is dan immers zelden lang genoeg om hulpeloos langs de kant van de boot te bungelen. Alleen wanneer men bij de boeg knielt en vervolgens door een golf overboord gaat en buiten de boot terug midscheeps zwaait is dit het geval. Het bemanningslid kan in echter dat geval het val op de lier zetten en verkorten.

Maar voor solozeilers gaat dit niet op. Die zullen het val zelf moeten inkorten. Voor solozeilers is het misschien een idee om het val te verlengen en te voorzien van een speciale verlenging. Natuurlijk wordt het geheel nog steeds zo kort mogelijk gehouden. Misschien is de verlenging enkel een lijn met lussen of knopen zodat iemand zich met zijn armen kan ophijsen nadat hij overboord bungelt of een constructie met blok en takel waarmee iemand zich met een normalerwijze in een bootsmansstoel naar de top van de mast ophijst.

Problemen met zonnepanelen.

De maximale laadspanning voor een onderhoudsvrije accu is 14,4V. Wanneer de laadspanning dus oploopt tot 15,8V of hoger, is er sprake van een probleem. Wanneer de kabels van het zonnepaneel niet direct naar de regelaar lopen, maar via een dekconnector, is er een kans dat die connector de oorzaak is van de te hoge laadspanning. De door mij gebruikte metalen connector bestaat uit een deel dat op dek wordt geschroeft en een deel dat aan de kabels wordt bevestigd. Door inwerking van zeewater, bleek de weerstand tussen de polen van het deel dat aan de kabels wordt bevestigd slechts 3,5 megaohm te bedragen. Ook bleek er een spanning over te staan. Het zeewater was gaan werken als een electrolyt en bracht een galvanische reactie op gang tussen de messing contactpinnen en de RVS behuizing. Dit alles heeft de regelaar verward. Na reiniging van de connector was het probleem verdwenen.

Problemen met buitenboordmotoren.

-Indien de motor loopt, maar na uitzetten met geen mogelijkheid meer te starten is, ook wanneer deze nog warm zou moeten zijn, verdenk dan eerst de bougie.
-Indien de motor zonder enige waarschuwing onder het varen uitvalt, ga er dan vanuit dat er iets in de carburateur zit dat er niet thuishoort en voor een verstopping zorgt.
-Indien de motor warm is en alleen met de choke uitgetrokken wil lopen (en het stationaire toerental waarschijnlijk niet is af te regelen om te blijven lopen in warme toestand zonder de choke), ga er dan vanuit dat een nozzle in de carburateur verstopt is en reinig de carburateur.
-Indien de motor koud start zonder de choke uit te trekken en het toerental met ingeschakelde schroef niet significant omhoog gaat met de gashendel open, dan is het mengsel te rijk. Verdenk in dat geval de pakkingen in de carburateur. Controleer ook de bougie op vervuiling en reinig deze met een borstel.
-Indien de motor onregelmatig pruttelt, plofgeluiden maakt en blauwe rook produceert bij stationair draaien, dan is het mengsel veel te rijk. Verdenk in dat geval de pakkingen in de carburateur. De bougie zal vervuild zijn met een laag teer en zal gereinigd moeten worden.
-Gebruik nooit Loctite 5926 vloeibare pakking om oude pakkingen dikker te maken wanneer deze pakkingen in kontakt komen met benzine. De levensduur van een (neopreen) pakking die niet gebarsten, maar enkel te dun is, kan worden verlengd door deze op een stevig stuk papier te leggen en het papier rond de contouren van de pakking uit te snijden. Pakking en papier kunnen dan samen worden gemonteerd. Op deze wijze heb ik uiteindelijk de lekkende pakking in de carburator van mijn buitenboordmotor gerepareerd.

Het borgen van een losgeslagen voorzeil in een haven in sterke wind.

Wanneer een voorzeil in een haven slecht geborgd is en zich in sterke wind ontrold, is het bijna niet te doen om het onder controle te krijgen. Men kan proberen om het zeil te laten zakken, maar door wrijving en twist is dit vaak niet mogelijk. Inrollen is vaar ook niet mogelijk omdat er niet meer voldoende lijn op de rol zit. De reeflijn doorsnijden en met de hand inrollen is in zeer sterke wind ook geen optie. De meest gebruikte methode is om vallen om het voorzeil te slaan, maar deze hebben de neiging omhoog te schuiven omdat de hoek waarmee het val om het zeil geslagen wordt zeer klein is. Hierdoor kan het meest klapperende deel van het zeil, het brede onderste deel met de schoothoek, vaak niet geborgd worden. Zie bijvoorbeeld het artikel onder

De methode die hieronder wordt beschreven maakt gebruik van een vrij val en 3 extra lijnen. De methode is het best geschikt voor gebruik in een haven omdat er minimaal 3 personen en loopruimte voor nodig zijn.

1) Aan een vrij val (lichtblauw in de tekening) worden een drietal lijnen bevestigd. Een ervan wordt bediend door een persoon bij de boeg en dient ervoor om het val en de lussen die door de twee controlelijnen gevormd worden naar beneden te trekken (donkerblauw).

2) Een van de twee controlelijnen wordt ver links van het klapperende lijk van het zeil door een persoon in de hand genomen. De andere wordt ver rechts van het klapperende lijk van het zeil door een persoon in de hand genomen. Het is belangrijk deze twee lijnen op dit moment nog ver van het klapperende zeil weg te houden om te voorkomen dat dunne lijntjes oid zich vast om de lijnen wikkelen.

3) Het val wordt zover opgehesen door de persoon bij de mast (of de boeg indien er slechts 3 personen zijn), dat het punt waar de drie lijnen aan het val bevestigd zijn zich zo hoog bevindt dat de controlelijnen zich ruim boven de wild klapperende schoothoek bevinden op de plaats waar ze langs het lijk gaan.

4) De persoon bij de mast vertelt de personen die de controlelijnen vasthouden elkaar te kruisen. Op deze manier wordt een lus gevormd.

5) De lus wordt strak genoeg gemaakt om het zeil onder controle te houden, maar los genoeg om naar beneden getrokken te worden. De persoon bij de mast vertelt de persoon bij de boeg om de lus zover naar beneden te trekken dat de schoothoek onder controle wordt gebracht. Zelf viert hij het val, terwijl de twee personen aan de controlelijnen de lus op de juiste diameter houden.

6) Indien het mogelijk is om de schoothoek met 1 lus onder controle te krijgen, kan deze op de juiste hoogte worden aangetrokken met de controlelijnen, waarna een schoot o.i.d. aan de schoothoek bevestigd kan worden om deze permanent onder controle te krijgen.

7) Indien dit niet mogelijk is, kan de lus omlaag worden gebracht tot een optimale hoogte boven de schoothoek, waarna val en neerhaallijn worden vastgezet. De vier personen kunnen vervolgens de controlelijnen rond het zeil naar beneden gaan wikkelen. Een eventueel tweede val kan vervolgens gebruikt worden om rond het bovenste deel van het zeil te wikkelen. Ook kan geprobeerd worden om het val omhoog te trekken nadat enkele lussen zijn gelegd om ze wat hoger te krijgen. In dat geval is het belangrijk ze niet te strak te maken.

Een verbetering van het systeem is het aanbrengen van paren sluitingen na elke 60 - 90 cm op de lijn die gebruikt wordt om het val naar beneden te trekken. De sluitingen moeten zeer eenvoudig te bedienen zijn. Door gebruik te maken van sluitingen is het niet meer nodig om de controlelijnen los te laten. Deze hoeven nu immers niet meer achter het voorstag te worden gevoerd. Na het kruisen van de lijnen op de steiger trekt de persoon bij de boeg de lijnen naar zich toe en klikt ze een paar vrije sluitingen. Hierna wordt opnieuw gekruist. Op deze manier kan het zeil van boven naar beneden worden dichtgeregen zoals een laars wordt dichtgeregen met schoenveters.


No comments:

Post a Comment